literaire website van carry-ann tjong-ayong

8 ged8chten


Marowijne

Marowijne
omvat mij weer als vroeger met je vochtige lenden
voer mij mee in je natte omhelzing
naar je monding naar de zee

Marowijne
neem mij mee en verdrink mij in je omhelzing
die ruikt naar zilte lippen
met een vleug van groene absinth
gekruid met de vissige aroma
van je kinderen zwemmend in het vruchtwater
van de watramama
tussen oorverdovende sula
van oeroude rotsen
die mij schuimend naar mijn oorsprong voeren

Marowijne moederschoot
voer mij mee en laat mij slapen
in de eeuwige slaapplaats
in de bron van je vochtige lenden
waar mijn bestaan begon


Marowijne

Baanzand / Camino de Arena

De sterren boren gaten in mijn brein

Schoolherinnering

Liefdesavond

Bijna dood

Allerzielen

Mijn broertje


Baanzand NL / SP (Uit: 'de Wasvrouw')

verschroeide kindervoetjes
reppen zich door hete
kristallen korrels op weg naar
Bersaba
waar de
parakoranti kruimelig
lokken in de hutten
van pinabladeren
en droge stokken

in de middagkoelte
opgefrist door zuurwater
en pompelmoes
slepen zij
door de
nu weldadig
koele parels
hun weg terug
naar GeGe’s
rithmisch lonken

en de goudrode vonken
die de ijzeren draak
laat ontsnappen
als hij
zijn weg baant
onder de volle maan
in de oktobermaand
van
vakantiekindervreugd

baanzand
dat door
mijn vingers glijdt
als de sprookjes
die Ouma
mij toefluistert
met haar
warme stem
vol mystieke wonderen
van weleer

baanzand
siliciumrijk wit zand langs de spoorbaan
Bersaba plaatsje in de savanne, bij Republiek
GeGe houtgestookte locomotief
parakoranti rond plat cassavebrood van de bosnegers
zuurwater 
uitgeperste limoen met water en suiker


Camino de Arena

Piecitos abrazados
Ardiendo
Que los granos de cristal caliente
Apresuraban
De camino
A Bersaba
En donde el pan tostado
De yuca
Les seduce
Bajo un rancho
De palma y palos secos

El frescor de la tarde
Refrescada con
Dos perlas frescas
De limonada
Y toronjada
Les arrastra
A su camino de vuelta
A Gege’s
Al ritmo encandilado

De las chispas
De oro rojo
Que el dragón de hierro
Deja escapar
En su marcha
Abriéndose paso
Bajo la luna llena
Del mes de octubre
Con placer
De niños en vacaciones


De sterren boren gaten in mijn brein

De sterren boren gaten in mijn brein
als laserstralen branden ze een doorgang tot mijn denken
doorboord ben ik doorzeefd als een vergiet
zo een met grijze wolkjes die aan het keukenhaakje
thuis bij oma hing te wachten tot de natte sla
weer koelte brengen kwam
nu stromen door mijn hoofd de malse regenbuien
en hoor ik verre donder door de gaten
een bliksemschicht tracht zich een toegang te verschaffen
maar schampt de kanten scheef gemikt
maar als de avond valt komen
de glimwormpjes in grote zwermen en dansen zich een weg
door mijn geteisterd schedeldak, zie ik het licht, ben ik verlicht en weer
van zorgen vrij


Schoolherinnering
voor Cathrien in de Kruisstraat

Zie hoe ze hier nu niet meer loopt al hoor ik nog haar schoenen
zachtjes kraken op de straat
het piepen van haar fiets
die naar de Oosterhamriklaan 18 gaat
wij hebben hier in al die jaren kilometers afgelegd
zoveel gezegd wat jonge meisjes elkaar toevertrouwen
en nu als oude vrouwen zijn wij wreed uiteengescheurd
ons leven is verbeurd een pand niets waard in rimpelige handen
wij waren jong en puur en hoopvol in het morgenlicht dat zonnegoud op ons
gezicht de dagen zag ontstaan
wij zouden jaren langer leven en alles geven dat gretig onze jonge lijven bloeien deed
wij zongen van het gras dat groeide en van paarden in de wei
een zwaan die wit voorbij gleed en een regendag in mei

wat is er toch gebeurd met jou
wanneer liet je mij los? Ik zag die donkere wolk niet komen waar ik zat
jij ging me steeds vooruit
pas toen ‘t te laat was keek ik je onthutst nog na en wist ik toen
dat zeepbellen uiteen spatten als je steeds door blijft blazen

maar steeds als ik die stad door kom daar bij het Noorden of het Oosten
hoor ik je stem die vrolijk naar mij roept
ben ik het kind weer op de stoep
dat nog naar school fietst elke dag

cat 6/08


Liefdesavond

je eens zo gladde buik hangt treurig langs je lijf
je sterke benen zijn doorvlochten blauwe koorden
en van je ooit weelderig begroeide zo markante kop
hangen de roze kwabben
taaie kalkoense haan gelijk
het ooit zo strakke kontje verdwijnt in veel te grote slobberbroek
mijn held is zoek
en ik
verschrompel onder je verdwaasde blik
mijn borsten halve zakken rijst
neigen reeds naar mijn uitgestulpte navel
die zo potsierlijk mijn te bolle buikje siert
mijn rimpelige dijen bibberen wanneer ik sta
of op te grote sloffen onzeker voorwaarts ga
en mijn vermoeide oogopslag
ontwaart je als een schim van de Adonis die je was
maar jij en ik
hebben de stormen steeds doorstaan
zijn steeds door dik en dun door vet en mager
reeds gesamen doorgegaan
en onze oude handen strelen de doorleefde huid
en onze monden vinden telkens weer
de kus waarmee het ooit begon….
“mijn bleke maan...”
“mijn avondzon...”


Bijna dood

vaardige handen die mijn wonden dichten
en de dodelijke pijn verlichten
geen donkere tunnel
met aan het einde oogverblindend licht
maar een vertrouwd gezicht
door wolkenflarden klinkt mijn naam
bij het omfloerste zonlicht
door het toegedekte raam
de god die mij het leven liet
was mij nabij vandaag
en hoefde mijn gezelschap niet
of ik in hem geloof of niet
hij had geloof in mij
en liet mij vrij

cat/2001


Allerzielen
voor tante France

Een herfstblad dwarrelt van de boom
gekleurd in vroege ochtendzon
het leven is een vage droom
verweven in de nevelen die nu je geest omgeven
zo was het vroeger niet
toen je nog jong en onbevangen aan de reis begon
die nu ten einde kwam
in al die jaren heb je wat je had gegeven
aan wie je lief was, ongevraagd
verwachtte je nooit iets terug

Ach tante France,
je zachte stem klinkt als een verre echo in mijn ziel
en ik ruik nog een vleugje van de bloemengeur die je omgaf
pastelkleur uit verbleekt boeket van ouderwetse bloemen
in kristallen vaas
ooit naast je bed gezet

Carry-Ann, 2 november 2005


Mijn broertje

(voor Wim en Cathrien)

Soms zijn er dingen die gebeuren
weet je na jaren pas weer de betekenis
een jeugdherinnering
speelt door je hoofd
en je denkt met vertedering
terug aan waarin je gelooft

ik zag hem voor het eerst bewust
mijn broertje
hij kroop over de keukenvloer
een klein wit ventje, rossig haar
een lichtblauw broekje had hij aan
mijn broertje
en ik dacht kinderlijk verbaasd
is hij een hondje?”
ach, ik was nog geen twee, hij nog geen jaar
mijn broertje

ik zag hem in matrozenpakjes door mijn wereld gaan
we groeiden op
we stoeiden op het erf en in het grote witte huis
of vaak op buiten, Bergershoop
Neficawipa wonderland
hij deed de gekste dingen
hij was onhebbelijk
hij was altijd zo vol van humor, vindingrijk
mijn broertje
die “witte van de dokter” was berucht
bekend reeds als de bonte hond, geducht
dat was mijn broertje
maar onder al dat stoer gedrag
school een gevoeligheid die hij zo graag verborgen zag
voor straf poetste hij alle schoenen
maar in de tuin zag ik hem onze honden zoenen
zo was mijn broertje

toen we naar Holland moesten brak zijn hart
ontroostbaar, steeds door heimwee overmand
werd mijn briljante broertje,
die steeds het beste leren kon,
die met succes studeren kon
opeens zo stuurloos
hij was boos
monsterde aan en werd matroos
ging varen naar de tropenzon
in het matrozenpak waarin ik hem als kleuter in mijn wereld zag
mijn broertje
op zijn trompet leefde hij zich uit
en ook als drummer toonde hij zijn muzikaliteit
oh, hij was zo bijzonder, zo begaafd
mijn broertje

hij trouwde met mijn beste schoolvriendin
en kreeg twee leuke kinderen, een gezin
wat was hij trots op Merel die hem opa maakte
en zijn gevoelig hart weer raakte
mijn broertje

de luchtmacht werd zijn laatste post
the missing man formation
zou  ik voor hem willen vliegen
als dat kon
recht naar de hemel, naar de zon
“ die witte zoon van dokter Tjon”
de vierde van het vijftal,
is de eerste die nu gaat
en ons bedroefd hier achterlaat….

mijn broertje blijft mijn broertje voor altijd
van hier tot in de eeuwigheid
vlieg door de blauwe lucht naar boven, lieve Wim
naar al je vrienden, die je reeds zijn voorgegaan
zie je ze daar al lachend voor je staan?
wij blijven steeds in jou geloven
dag broertje
dag mijn grote kleine broer
tan bun

Carry-Ann, 26 maart 2005